Roggen - Batoidea


Roggen bewegen zich op bijzondere wijze voort. Manta's en adelaarsroggen zijn snelle zwemmers, die met hun grote borstvinnen als ware door het water vliegen. Pijlstaartrogen maken met hun vinzomen golfbewegingen, terwijl op de bodem levende sidder-, zaag- en gitaarroggen met hun staart zwemmen. Roggen hebben achter elk oog een ademopening. Daardoor wordt het water aangezogen dat aan de onderzijde via de kieuwspleten weer naar buiten komt. Deze eigenschap maakt het hun mogelijk zich ter camouflage in het zand te verbergen. Ze doorwoelen de bodem naar voedsel zoals weekdieren, wormen en schaaldieren. Gewoonlijk leven roggen solitair, maar adelaarsroggen en manta's kunnen in grote groepen aangetroffen worden. Ze planten zich voort door inwendige bevruchting waarbij een mannelijke clasper in het vrouwtje wordt ingebracht. De paring vindt 'buik aan buik' plaats. Net als bij haaien, kunnen we roggen wat betreft de voortplanting in drie categorieën verdelen: Ovipaar (eierleggend), Ovivipaar (eier-levendbarend), Vivipaar (levendbarend).

Klik op de foto voor de naam